Het lijken vriendelijke, keurige mensen die ons begroeten in het Centraal Dierenlaboratorium (CDL) van de Radboud Universiteit in Nijmegen. Maar terwijl ze mij van een stevige handdruk voorzien, ril ik bij de gedachte dat deze beleefde mensen bijdragen aan het martelen en doden van honderden dieren in naam van de wetenschap.
Mevrouw Merel Ritskes-Hoitinga, hoofd van het CDL en hooglerares proefdierkunde, nodigde Bite Back woordvoerdster Marianne Huiberts tijdens een debat in het programma 'Rondom 10' uit voor een rondleiding. En hier zitten we dan. Ze legt ons met de glimlach uit dat ze in het CDL resoluut gaan voor openheid en dialoog - geen discussie, want dat woord heeft een negatieve bijklank. Om die reden vinden er wekelijks rondleidingen plaats doorheen de steriele gangen van het labo. Klassen vol middelbare scholieren krijgen hetzelfde verhaal te horen: dat het CDL haar best doet om het dierenwelzijn van de Rhesusapen, konijnen, muizen en andere proefdieren te garanderen via verrijkte kooien, groepshuisvesting en verdoving. Dat de instelling alles in het werk stelt om het ongerief - hun term voor pijn, angst, stress en verveling - tot een minimum te beperken. Het moet gezegd dat het CDL opvallend open is over haar doen en laten, hetgeen niet van veel andere labs kan gezegd worden.
Bovendien zitten bij ons aan de discussietafel mensen die zich zoet houden met het realiseren van de zogenaamde 3 V's, een stokpaardje van mevrouw Ritskes waarmee ze aan wil tonen dat ze voor dezelfde doelstellingen gaat als 'ons, dierenrechtenactivisten', namelijk Verfijning, Vermindering en Vervanging. Bite Back gaat echter voor de 1 A: Afschaffing van alle dierproeven.
Wel zijn we het op een aantal punten roerend eens. Een deel van de fondsen van het Centraal Dierenlaboratorium komen van goede doelen zoals de Hartstichting en zowel Bite Back als het CDL vindt dat hier meer openheid over zou moeten zijn naar donateurs toe. Beide partijen betreuren het tevens dat het zo'n 15 jaar duurt vooraleer een alternatief voor dierproeven goedgekeurd is door de Europese instanties. Ook jammer is dat zo'n 30 % van de dierproeven verplicht zijn bij wet. Voor de overige 70% bestaat geen wettelijke bepaling.
De humane dierproefnemer ?
Het woord wordt gegeven aan dokter De Boode, neonatoloog ofwel redder van te vroeg geboren kinderen, die ons met spijt in de stem zijn verhaal doet. Na grondig vooronderzoek en het gebruik van computermodellen - die vaak een goed alternatief vormen voor dierproeven - deed hij testen op 10 pasgeboren lammeren en biggen om daaruit conclusies te trekken rond de bloedsomloop van pasgeboren mensen. Met een emotioneel betoog rechtvaardigt hij deze proeven.
Het CDL weet donders goed waarom ze deze drukbezette man laten opdraven. Hij is het schoolvoorbeeld van de 'humane dierproefnemer' die zich genoodzaakt zag om te testen op dieren om pasgeboren ukkies te redden. Wanneer een activist hem vraagt of hij tijdens die proeven vaststellingen heeft gedaan die afweken van zijn computermodellen, knikt hij echter nee. De computermodellen bleken dus te kloppen en de lammetjes en biggen bevestigden dit enkel.
Het mag echter duidelijk zijn dat indien alle proefdiernemers op dezelfde wijze als meneer De Boode te werk zouden gaan, er slechts een handjevol proefdieren hun dagen in labo's zouden slijten. In de praktijk zijn er zo'n 600.000 dierproeven per jaar in Nederland alleen al. Een pakkend relaas dus van een man waarmee je bijna medelijden zou krijgen omdat hij op dieren 'moest' testen, maar helaas niet representatief. Al kan ik me perfect voorstellen dat ik als middelbare scholier die niets over dierproeven weet, een vertekend, positiever beeld over deze sector zou krijgen.
Televisie en oogoperaties voor apen
Na een pittige discussie gaat het verder naar de dierenverblijven. Van de drie verdiepingen krijgen we enkel de onderste te zien, omdat de andere verdiepingen steriel moeten blijven. De rondleiding wordt geleid door het hoofd van de afdeling. Hij wijst ons op een 15 jaar oude foto van een handjevol geforceerd lachende onderzoekers die zich rondom een lam op de operatietafel hebben geschaard. Schijnbaar emotieloos en met enige tegenzin laat hij ons een kijkje nemen door de ramen aan beide kanten van de gang, waar we geconfronteerd worden met de vragende blikken van de proefdieren in hun 'verrijkte kooien'.
Helaas zijn de operaties voor vandaag al gedaan, weet de man, zodat we geen dierproef te zien krijgen. Dat ligt geheel aan onszelf, mits we de discussie zouden hebben laten uitlopen. Vooral het feit dat onze gids ons weet te melden dat veel onderzoekers liever niet aan dit soort rondleidingen meewerken, doet mij vermoeden dat men dit opzettelijk zo gepland heeft.
Nu goed, het is op zich al pakkend genoeg om de dieren te zien wegkwijnen in al hun 'ongerief'. Eerst krijgen we de kippen te zien, die voorzien zijn van strooisel, zitstok en stofbad. Zij worden gebruikt voor immunisatie, wat betekent dat ze eieren moeten leggen waaruit anti-stoffen voor allerlei ziekten gehaald worden. De lengte van hun leven wordt bepaald door de hoeveelheid antistoffen die zij opleveren. Kortom: brengen ze niet meer genoeg op, worden ze gedood. Langer dan een jaar redden ze het niet.
Trots meldt onze gids dat het CDL over een heuse boerderij van 6 hectare beschikt, waar de meeste landbouwdieren tussen de proeven door naartoe gaan. Maar na een korte vakantie, moeten zij weer naar de horrorgang waar wij ons bevinden. De schapenkooi is momenteel leeg, maar drachtige schapen worden hier gebruikt voor onderzoek naar aangeboren afwijkingen zoals een open rug en blaasproblemen. Deze afwijkingen worden kunstmatig aangebracht bij de lammetjes. Dit zijn uiteraard heel zware, pijnlijke experimenten vol ongerief.
Terwijl er zich een discussie ontplooit tussen het hoofd van de afdeling en enkele Bite Back-activisten, kijk ik naar een varkentje dat zielig tegen de wand van zijn kooi ligt en met zijn kraaloogjes naar me opkijkt. Zij en haar familie worden door dokters gebruikt om een nieuwe radiotherapietechniek tegen leverkanker naar hartelust op te oefenen. Deze techniek kan ook en beter op mensen getest worden, maar onze gids zegt zelf dat hij zich nooit voor een dergelijk onderzoek zou aanbieden. Hetzelfde geldt ongetwijfeld voor dit varken. Maar dat zal de man kennelijk worst wezen.
Mijn hart breekt als we door het volgende raampje kijken. Rhesusaapjes in krappe ijzeren kooien, opeengestapeld als voorwerpen. Deze dieren worden gebruikt voor het perfectioneren van ooglensreconstructies. In tegenstelling tot de andere dieren in deze gang, worden zij niet gedood na afloop van het experiment maar moeten zij hier hun hele leven doorbrengen. Op een andere gang zit een Rhesusaap die hier al 32 ellendige jaren slijt. De apen krijgen ook namen toebedeeld en er staat zowaar een televisie - die overigens niet eens aanstaat - om de verveling tegen te gaan. Dat is blijkbaar wat hier onder dierenwelzijn wordt verstaan. Eén aap ijsbeert onophoudelijk in zijn smalle kooi over-en-weer: typische gedrag voor dieren die zich doodvervelen en onder stress staan. Of is hij onrustig omdat het bijna tijd is voor zijn favoriete soapserie ?
Voor de konijnen ziet het er al even beroerd uit: zij krijgen defecten in hun kaakbeenderen toegebracht, om aangeboren afwijkingen aan de kaak te onderzoeken. Vervolgens wordt er nagegaan hoe de botingroei evolueert. Nadien worden de konijnen gedood voor verdere ontleding. De meeste van hen zitten in groep, behalve de mannetjes, die elkaar zouden doden. De medewerker garandeert ons dat er dagelijks wordt bijgehouden of de konijnen pijn lijden en er ingegrepen wordt indien nodig. Wij stellen ons echter de vraag hoe zij aan een konijn zien hoeveel pijn het dier heeft. Blijkbaar beschikken de onderzoekers over een onfeilbaar zesde zintuig voor konijnenleed.
De cavia's aan de overkant, die ook in groep zitten, moeten dienen voor bloedonderzoek. Deze diertjes kunnen wel soms geadopteerd worden, net zoals dat vroeger met Retrievers gebeurde. Momenteel, zo meldt onze gids, zitten hier al een hele poos geen honden, maar binnenkort zou er terug een onderzoek met honden plaatsvinden. Katten hebben ze momenteel ook, maar die bevinden zich op de boerderij.
De ratten zitten in kleine, opeengestapelde ijzeren kooien en vervelen zich duidelijk dood. Zij worden oa gebruikt voor gedragsonderzoek. Zo worden bijvoorbeeld angst en paniekaanvallen bij de dieren opgewekt.
Tot onze verbazing treffen we ook vliegen en muggen, die gebruikt worden voor oa onderzoek naar malaria.
Liefhebberij voor de dieren ?
Schappen vol transgene muizen maken onze rondleiding compleet. Bij deze dieren worden genen weggehaald of toegevoegd. Deze muizen kunnen via gespecialiseerde firma's aangekocht worden, maar onze gids meldt ons dat we hier 48 unieke trangene lijnen treffen die ter plaatse worden gecreëerd en in stand gehouden.
De rondleiding eindigt aan de twee operatiekamers, waar echter niet meer veel te zien valt. Wel zien we drie konijnen in een kooi zitten in de voorbereidingsruimte, waar de dieren eerder vandaag onder narcose zijn gebracht alvorens ze onder het mes gingen.
Onze gids stelt dat hij dit doet uit 'liefhebberij voor de dieren' en dat hij mensen niet boven dieren plaatst. Blijkbaar vindt hij dat niet tegenstrijdig met zijn daden.
Het is met een vreemde knoop in de maag dat we de deuren van het CDL achter ons horen dicht vallen. We weten dat dit enkel het topje van de ijsberg is en dat er instanties bestaan waar het er nog veel erger aan toe gaat, maar toch zijn we aangedaan door wat we hier te zien kregen. Van dierenwelzijn hebben we in elk geval niet veel gemerkt.
Leen Raats
journalist/activist Bite Back